Programma 2. Werk, inkomen en onderwijs
1. Wat willen we bereiken?
De begrotingsprogramma’s 1, 2 en 3 gaan over het sociaal domein in Oss. In de drie hoofdstukken staan veel verschillende deelonderwerpen. In de alinea’s hier direct onder staat wat ons bindt in het sociaal domein.
Vanuit het sociaal domein werken wij aan een veerkrachtige en inclusieve samenleving in Oss. Wij streven ernaar dat iedere inwoner kan meedoen. Wij doen dat vanuit de volgende waarden:
- Mens centraal . We stellen de mens centraal, we sluiten aan bij wat mensen zelf willen en kunnen. We doen hierbij recht aan de waardigheid van iedere inwoner van Oss. Inwoners willen zoveel mogelijk eigen regie en verantwoordelijkheid over hun leven en hun leefomgeving. Zij doen en kunnen veel zelf en samen met hun omgeving. Het vrijwilligerswerk, bijvoorbeeld bij sportclubs, scholen en culturele instellingen, is van grote meerwaarde voor de gemeenschap. Aansluiten bij wat mensen zelf willen en kunnen in samenhang met het algemeen belang, dat is voor ons een duurzame manier om bij te dragen aan actieve en verantwoordelijke gemeenschappen.
- Nabijheid. We weten wat er leeft en speelt in buurten, wijken, dorpen, stadjes. We kennen de inwoner en de inwoner kent ons. Daarom zijn we makkelijk benaderbaar.
- Eenvoud. We werken vanuit de bedoeling en doen wat nodig is, passend bij de inwoner en zijn mogelijkheden. We maken steeds de afweging hoe we administratieve processen voor inwoners, onze samenwerkingspartners en de gemeentelijke organisatie kunnen vereenvoudigen.
- Vakmanschap en partnerschap. Onze medewerkers zijn deskundig, hebben de juiste competenties en blijven leren. Goede ondersteuning voor onze inwoners kan de gemeente niet alleen. We hebben de partners in het sociaal domein nodig om hieraan bij te dragen. Daarom bouwen we aan netwerken en participeren hier actief in. Professionals vanuit verschillende afdelingen en organisaties en inwoners werken waar nodig integraal samen. Hierbij is de Samenwerkwijze uitgangspunt .
Binnen het sociaal domein werken we vanuit deze waarden aan ons dienstverleningsconcept, onze werkprocessen, aan de vakmanschapsontwikkeling van onze professionals, en aan onze digitaliseringsagenda. Naast passende dienstverlening aan onze inwoners en de transformatie van het sociaal domein sturen we op de betaalbaarheid van het geheel.
Inhoudelijk onderschrijven we de landelijke agenda voor het sociaal domein. Dat betekent investeren in herstellen van bestaanszekerheid, vergroten kansengelijkheid en gezond leven makkelijker te maken.
Bij bestaanszekerheid gaat het om de zekerheid van voldoende en voorspelbaar inkomen via arbeid of anderszins om mee te kunnen doen in de samenleving. Ook zekerheid van betaalbaar te wonen, toegang tot betaalbare zorg en de mogelijkheid om een financiële buffer op te bouwen zijn noodzakelijke voorwaarden om je als mens te ontwikkelen en te participeren in de samenleving. Kansengelijkheid betreft goede kinderopvang en onderwijs, een sluitende aanpak voor jongeren en jongvolwassenen, de aanpak laaggeletterdheid en een geslaagde inburgeringstrajecten. Allemaal opgaven waaraan wij in dit programma werken.
We willen graag dat al onze inwoners actief deelnemen aan de samenleving. Ons uitgangspunt is dat werk de primaire vorm van participatie is. Werk waarin mensen hun talenten kunnen inzetten en zich kunnen ontplooien, en onderwijs dat dit mogelijk maakt. Daar zetten we dan ook zoveel als mogelijk op in.
We zien dat niet alleen huishoudens met een laag inkomen maar ook huishoudens met een midden inkomen vaker in de problemen komen. Onzekere inkomsten, stijgende energielasten en te weinig reserves maken het lastig om rond te komen. Daarom hebben we onze werkwijze verruimd van armoedeaanpak en schuldhulpverlening naar bestaanszekerheid. Dit is onlosmakelijk met elkaar verbonden en vraagt om een integrale blik en aanpak. We doen dat in Oss door gebiedsgericht te werken, samen met onze partners in de wijk, nabij te zijn voor inwoners en stress sensitief te werken. We hebben aandacht voor alle leefgebieden en gebruiken daarvoor ons netwerk en het netwerk van de inwoner. We nemen het niet over, maar werken samen met de inwoner.
2. Wat zijn de komende periode de belangrijkste speerpunten?
Werk en Talentontwikkeling
Wij zijn continu bezig om de mensen in de bijstand te ondersteunen en toe te leiden naar werk. In deze tijd van een krappe arbeidsmarkt is het vinden van werk makkelijker dan voorheen. Het overgrote deel (tweederde) van de mensen met een bijstandsuitkering heeft een zogenaamd zorgprofiel. Toeleiding naar werk is voor deze mensen (nog) niet aan de orde. Met onze ondersteuning kunnen zij een stapje naar meer participatie maken. Daarbij werken we steeds aan ons vakmanschap; onder meer door toepassing van de Samenwerkwijze en het onderzoek 'In de dichterbij stand'. Dit onderzoek samen met Movisie, Divosa, SAM beroepsvereniging en Universiteit voor Humanistiek is gericht op de menselijke maat in de werkrelatie consulent-inwoner met een bijstandsuitkering.
Het partnership met IBN blijft een continu proces van ontwikkeling. Binnen ons bestand is een groeiende groep mensen die (zeer) grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben. Hoe zorgen we samen voor duurzaam werk en talentontwikkeling voor mensen met een arbeidsbeperking?
Wij werken regionaal samen aan de arbeidsmarkt, onder meer in het Werkgeversservicepunt en Jongerenaanpak van Noordoost Brabant Werkt. Centrale thema's zijn Aanpak arbeidskrapte, Leven Lang Ontwikkelen en Dienstverlening. We werken mee in het 1Werkcentrum, het digitale platform voor gebundelde dienstverlening aan inwoners en werkgevers. Wij blijven ons actief inzetten op het terugdringen van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie behalen.
Vanuit de Kinderopvangtoeslagaffaire is er meer aandacht voor rechtsbescherming van de inwoner. We zetten in op uitbreiding van het Sociaal Raadslieden Werk en een laagdrempelige klachtenprocedure. Door medewerker te scholen in het omgaan met klachten en toegankelijke communicatie voor de inwoner.
We zetten het project Digitalisering Sociaal Domein voort. Daarin werken we voor het brede Sociaal Domein aan verbeteringen in onze digitale processen en uitbreiding van onze digitale dienstverlening. Ook optimaliseren we het Dashboard Sociaal Domein. Uit analyse van de data kunnen we trends en ontwikkelingen halen en gebruiken voor beleid en uitvoering. We hebben hiervoor een data/business analist nodig, dit vraagt extra middelen.
Nieuw beleid Armoede en Schuldhulpverlening
In het nieuwe beleidskader Armoede en Schulden 2024-2027 blijven we inzetten op het vergroten van het bereik van de inwoners die het het hardst nodig hebben, zodat zij gebruik maken van de ondersteuningsmogelijkheden die er zijn. Dit vraagt om mogelijk extra middelen voor de speerpunten die benoemd worden. We bekijken of we dit kunnen betalen uit bestaande budgetten of de extra gelden die we ontvangen van het Rijk.
In aansluiting op de Minima Effect Rapportage verbeteren wij ons ondersteuningspakket voor mensen in armoedesituaties. Dat betekent bijvoorbeeld dat we meer gaan doen voor echtparen met tienerkinderen.
Naast onze ondersteuning voor inwoners met problematische schulden, zijn we er ook steeds meer voor inwoners met beginnende geldzorgen. Met vroegsignalering en budgetcoaching zetten we in op het voorkomen van schulden. Ook bouwen we Budgetondersteuning en budgetbeheer Oss (BB-Oss) uit. De ontwikkeling van budgetcoaching en BB-Oss vraagt om structurele formatie uitbreiding. We bekijken of we dit kunnen betalen uit bestaande budgetten.
We ontwikkelen een project gericht op samenwerking met huisartsen en fysiotherapeuten als actieve verwijzers naar de gemeente wanneer zij mensen met geldproblemen ontmoeten. Wij kijken naar mogelijkheden voor financiering uit IZA/GALA.
Lerende stad Oss
De Lerende Stad Oss, onze UNESCO erkenning, wordt de overkoepelende paraplu boven alle leer- en ontwikkelactiviteiten in de gemeente Oss. Zodat alle informele en non-formele leermogelijkheden (nog) toegankelijker en zichtbaarder worden. Een Leven Lang Ontwikkelen gaat behoren tot de dagelijkse routine van inwoners, omdat de Lerende Stad Oss breed uitgedragen wordt door overheid, onderwijs, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties. Ook de ontwikkeling van basisvaardigheden is een belangrijk onderdeel.
We versterken van leer- en ontwikkelcultuur bij werkgevers én in het onderwijs via de lerende stad Oss en regionale projecten. De Talentencampus is daarin de spil voor de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt. Specifiek wordt er nu ingezet op Open Badges als instrument bij Leven Lang Ontwikkelen. Daarnaast organiseert de Talentencampus diverse Learning Communities en ontmoetingen voor (hoger) onderwijs en ondernemers om MBO, HBO en WO talent te behouden voor de Osse arbeidsmarkt.
We gaan ook aan de slag met de nieuwe visie voor de Talentencampus. Hierbij kijken we ook naar een passende wijze van besturen en de rol van de gemeente hierin.
Het beleid voor basisvaardigheden (taal, rekenen, digitale vaardigheden) vastgelegd in 'Meedoen begint aan de basis' wordt herijkt. We willen het (Digi-)Taalhuis versterken, beter bereikbaar en meer spil te maken in het netwerk. De samenwerking in het netwerk wordt aangehaald en het informele aanbod verstevigd (via een kwaliteitsimpuls). We beogen op meer plekken in de gemeente Digi-punten te realiseren. We vragen hier vanaf 2024 extra middelen voor. We bekijken of we dit kunnen betalen uit bestaande budgetten.
In aansluiting op scholen en opvang richten wij ons actief op basisvaardigheden bij ouders. Wij werken daarvoor aan specifieke taalprogramma's op een aantal basisscholen (school als vind- en werkplaats aanpak laaggeletterdheid).
Onderwijs & opvang voor kwetsbare kinderen en jongeren
Naast de ambitie om gezinnen te ondersteunen bij opvoed- en opgroeivragen en bij te dragen aan goede kinderopvang en goed onderwijs, heeft gemeente met haar samenwerkingspartners een speciale verantwoordelijkheid voor kinderen, jongeren en gezinnen die minder makkelijk meekomen in de samenleving. Om deze groepen extra te ondersteunen en meer gelijke kansen te bieden, gaan we komende jaren door met de aanpakken en taalstimuleringsprogramma’s die we opbouwden zoals passende kinderopvang, voor- en vroegschoolse educatie (vve) en aparte taalklassen. Het Osse Sporenbeleid 1) Taal & Talent, (2) Zorg & Groei, (3) Samen Oss (meedoen en inclusie) zetten we voort.
Grote opgave is voldoende capaciteit NT2- en ISK-onderwijs (internationale schakelklas). Door verhoogde instroom niet-Nederlandstalige kinderen en jongeren (statushouders en ook Oekraïeners) en door personele tekorten in het onderwijs (primair onderwijs, voortgezet onderwijs en mbo) is taalonderwijs aan deze groepen continu in ontwikkeling.
Onderwijshuisvesting
De gemeente heeft voor onderwijshuisvesting een zorgplicht en is verantwoordelijk voor passende nieuwbouw en uitbreiding. Om inzicht te hebben, de kwaliteit van de huisvesting te borgen en in te spelen op ontwikkelingen, werken we met de schoolbesturen vanuit een gezamenlijk toekomstperspectief. Dat leggen we vast in het Integraal Huisvestingsplan (IHP). Deze gedeelde langetermijnvisie helpt ons om strategische keuzes te maken. Door veranderende leerlingenaantallen hebben we te maken met groei en krimp. Waar mogelijk benutten we leegstaande vierkante meters, verhuren we ruimtes en bouwen we flexibel. We bouwen bijna geen solitaire schoolgebouwen meer, maar kindcentra met onderwijskundige partners. Voor onderwijshuisvesting zijn diverse projecten in onderzoek en uitvoering: de specialistische voorzieningen voor het speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs, de vervangende voorziening voor De Lockaert en De Polderhof en de vervangende voorziening voor SBO Het Baken. Ook werken we aan het project Kindlandschap De Eiber om een vervangende voorziening voor de scholen in Megen/Macharen/Haren te realiseren.
Verder verkennen we wat nodig is voor (ver)nieuwbouw van de scholen in de Schadewijk; daarbij sluiten we aan bij de herstructurering van de wijk. In aansluiting op de hogere leerlingaantallen zoeken we naar een oplossing voor De Wissel en Mozaïek.
Voor de benodigde middelen zijn en worden aparte raadsvoorstellen gemaakt. De middelen in het MIP (Meerjaren investeringsplan voor maatschappelijk vastgoed) zijn daarbij het vertrekpunt. Vanwege de hogere bouwkosten wordt het kengetal als basis verhoogd. De diverse projecten zijn in verschillende fasen. In 2024 zouden er voorbereidingskredieten nodig kunnen zijn en ook investeringskredieten voor projecten in de realisatiefase.